Podiumangst.

Podiumangst is een geducht probleem in de praktijk van uitvoerende musici. Onderzoek bij professionele musici laat zien dat 60% van de onderzochte musici last heeft van podiumangst, waarvan 20 % dermate ernstig dat ze daardoor gehinderd worden in hun beroepscarrière. Onderzoek bij conservatoriumstudenten laat eenzelfde beeld zien. Podiumangst is vaak een reden om de muziekvakstudie te stoppen.

Podiumangst wordt wel gedefinieerd als: de angst voor of tijdens een uitvoering, de angst om niet opgewassen te zijn tegen de verhoogde spanning tijdens een uitvoering. De angst zelf bestaat uit een viertal componenten:
een fysiologische component: gerelateerd aan veranderingen in ons zenuwstelsel en hormonale systeem die onder meer kunnen leiden tot een verhoogde hartslag, droge mond, zwetende of trillende handen, misselijkheid, ademtekort en vertroebeld zicht;
een cognitieve component: daaronder vallen moeite hebben met concentreren, het hebben van een blackout, teveel op zichzelf gefocussed zijn en negatieve gedachten over het eigen kunnen en de prestatie;
een affectieve component: hiertoe behoren het ervaren van angst, paniek, onzekerheid en gevoelens van minderwaardigheid;
een gedragscomponent: waaronder meer moeite met natuurlijk bewegen, meer speelfouten, minder expressief spel (of te overdreven), meer ritmische onregelmatigheden, afwijkende tempi (te snel of te langzaam), meer leesfouten bij het van blad spelen.

Deze componenten beïnvloeden elkaar wederzijds. Negatieve gedachten (cognitief) over het optreden leiden tot verhoogde lichamelijke reacties (fysiologisch), die de kans vergroten op het maken van meer speelfouten (gedragsmatig), met als gevolg het aantasten van het zelfvertrouwen (emotioneel), waardoor de negatieve gedachten en de lichamelijke reacties bij een volgend optreden sterker zijn. De cognitieve component, zo blijkt uit onderzoek, is de belangrijkste factor bij het in stand houden en verergeren van podiumangst.

Podiumangst is aangeleerd gedrag. Veroorzakers van dit gedrag zijn te herleiden tot kenmerken van de persoon (waaronder overgevoeligheid, perfectionisme, gebrekkige techniek), de taak (waaronder het belang dat aan de uitvoering wordt toegekend, te moeilijke stukken) en de (muzikale) opvoeding (waaronder te hoge eisen die gesteld worden, het moeten voldoen aan de verwachtingen van anderen).

Voor het omgaan met podiumangst is er een keur aan methoden en middelen om de angst terug te dringen, variërend van vormen van mentale training tot het slikken van medicijnen (betablockers). Uit effectonderzoek naar deze behandelvormen komt naar voren dat methoden die inwerken op genoemde vier componenten van podiumangst (fysiologische, cognitieve, affectieve en gedragsmatige) het meeste effect sorteren.

De HeartMath methode is een methode waarmee mensen door zelfsturing van hun gedachten, emoties en lichaamssignalen (via biofeedback) beter in balans komen waardoor hun prestaties verbeteren. Door middel van oefeningen leert de student zicht te krijgen op zijn eigen fysieke reacties, gedachten en emoties bij het musiceren en hoe die te veranderen. 
Wat de methode effectief maakt is zowel het verkrijgen van meer inzicht in het fenomeen podiumangst en van de bronnen die tot het ontstaan ervan bij de individuele student hebben geleid, als het beschikken over concrete technieken die de student helpen de aangeleerde stressreactie te veranderen. Ook het oefenen van de technieken en het integreren ervan in het studiegedrag van de student blijkt de effectiviteit van de HeartMath methode te vergroten. Naast een positief effect op het studiegedrag blijkt de HeartMath methode ook van invloed te zijn op diverse andere aspecten van het leven van de student. Gemeld zijn onder meer beter slapen, minder roken en beter in staat zijn conflictsituaties te hanteren.

Bron: heartmathbenelux.com; tekst naar aanleiding van het onderzoeksrapport Implementatie HeartMath methode bij conservatoriumstudenten (Peter Mak).

Copyright 2011 Osteopathie Morgenstern Maastricht
Klik hier om een interview te lezen met een van de deelnemers aan dit onderzoek.